De avonturen van team Dockey

28 april 2015 - Kota Kinabalu, Maleisië

Rat race op Mabul

Na Brunei vertrokken we dus met een rechtstreekse bus naar Kota Kinabalu, de hoofdstad van Sabah. Hoewel, rechtstreeks is eigenlijk een beetje veel gezegd. Onze route verliep die dag namelijk als volgt: Brunei uit, Sarawak binnen, Sarawak terug uit en Brunei terug binnen, Brunei een laatste keer uit en nogmaals Sarawak binnen, Sarawak uit en ten slotte eindelijk Sabah binnen. Acht keer van de bus en evenveel stempels in ons paspoort dus. Tegen vijf uur 's avonds bereikten we eindelijk onze bestemming. Het werd al snel duidelijk dat Kota Kinabalu niet de charme heeft van Kuching, maar het is wel een handige uitvalsbasis voor tal van excursies naar de attracties die Sabah rijk is. Nog die avond boekten we een vlucht naar Tawau, een stad in het zuidoosten van Maleisisch Borneo.

De volgende ochtend kwamen we na een vlucht van nog geen uur aan in Tawau. Van hieruit namen we meteen een taxi naar Semporna, een stadje aan de zuidoostkust van Sabah, en de toegangspoort tot de gelijknamige archipel. Omdat de boten naar de eilanden enkel 's ochtends vertrekken, waren we verplicht om een nachtje in Semporna te blijven. Hier werden we voor de eerste keer met bittere armoede geconfronteerd, iets wat je niet zou verwachten in het verder behoorlijk welgestelde Maleisië. Omwille van de grote hoeveelheid Filipijnse immigranten wordt dit gebied gezien als één van de onveiligste in de regio. Tal van straatkinderen die zich noch Filipijns, noch Maleisisch kunnen noemen, lopen tot een stuk in de nacht te bedelen. Het schrijnende is dat ze zelfs geen geld vragen, maar water of restjes eten. Een eind na middernacht zagen we kinderen van amper een jaar of zes lijm snuiven. Niet echt een prettig gezicht en iets wat je eerder in Zuid-Amerika zou verwachten. Wij probeerden hen af en toe wat toe te stoppen, maar uitzicht op een betere toekomst krijgen ze daar spijtig genoeg natuurlijk niet mee...

De volgende morgen vertrokken we al vroeg naar Mabul, één van de eilanden in de Semporna-archipel. Mabul staat eerder bekend als één van de beste duiklocaties in de wereld dan als een tropisch paradijs, maar wij wilden er toch vooral wat gaan rusten na twee weken non-stop reizen. Bovendien keken we ook wel erg uit naar het snorkelen. Het eiland ligt op achtendertig kilometer van het vasteland en is dus behoorlijk exclusief. Dit maakt de accommodatie dan ook heel wat duurder. Wij kozen voor de enige betaalbare optie. Toen we na een goed uur varen aankwamen, zagen we al meteen dat we geen grote luxe moesten verwachten. We sliepen met drie in een krakkemikkige kamer met gaten in het plafond en een raam dat niet helemaal sloot. Die namiddag gingen we wat op het strand liggen en vooral snorkelen. Ondanks dat de archipel het grootste aantal zeeschildpadden ter wereld telt, slaagden wij erin om er geen één te zien... Toch een kleine tegenvaller. Het water hier was wel van een soort blauw dat we nog nooit hadden gezien, ongelofelijk helder. 's Avonds was er verder niet heel veel te beleven, behalve dat we alsnog een schildpad zagen vanaf het terras, dus gingen we maar op tijd naar onze kamer. Op het laatste nippertje werden we overigens nog vervoegd door Ben, een Amerikaanse duikinstructeur die geen kamer had voor die nacht. We vielen al bij al behoorlijk vroeg in slaap, althans, voor even... Sofie werd als eerste wakker omdat ze iets over haar been had voelen kruipen. Nadat ze bij wijze van reflex met haar been had getrapt, hoorde ze tot haar afgrijzen iets met een luide smak op de vloer neerkomen. Ze stapte onmiddellijk uit haar bed en dacht meteen te weten wat er aan de hand was. Ze werd hier echter pas zeker van nadat ze met haar lampje in het rond had geschenen: ratten! Ondertussen was Lars ook wakker geworden van de commotie, en nog geen minuut later stonden Sofie en Lars met knikkende knieën buiten de kamer. Om twee uur 's nachts... Moesten ze Griet en Ben wakker maken? Wat als zij gebeten zouden worden? Na een paar minuten wekten ze Griet met de onheilspellende woorden: "Er zitten ratten in de kamer." Ben probeerde nog te blijven liggen, maar kwam een paar minuten later ook gedegouteerd de kamer uit gestrompeld. De rest van die nacht duurde een eeuwigheid. Overal hoorden en zagen we ratten. We probeerden nog wat te slapen op stoelen en in hangmatten, maar natuurlijk ging dat niet van harte.

De volgende dag gingen we, nadat we eerst ons beklag hadden gedaan, naar het strand om van de spanning te bekomen. Het strand was heel mooi, maar de bittere armoede, de bedelende kinderen, en de lokale dorpjes vol afval, zorgden voor heel gemengde gevoelens. Bovendien lazen we achteraf dat het ten strengste afgeraden wordt om de nacht door te brengen op één van de eilanden wegens de gespannen situatie. In het verleden zijn er een aantal mensen ontvoerd en zelfs vermoord door Filipijnse rebellen. Ook toen wij er waren, zagen we het Maleisische leger patrouilleren in een verhoogde staat van paraatheid. Toen we om vier uur in de namiddag de boot terug namen naar het vasteland, was dit dan ook met een speciaal gevoel. Een avontuur was het in ieder geval zeker geweest… Terug in Semporna boekten we voor de volgende dagen een riviertocht op de Sungai Kinabatangan, de langste rivier van Sabah en de ideale plaats om wilde dieren te spotten. Bij de reservering kreeg Griet (Maria Louisa Alois) Dockx een nieuwe naam: Maria Dockey.

Cruisen op de Sungai Kinabatangan

De volgende dag kwamen we na twee busritten in de vroege namiddag aan bij de Nature Lodge op de oevers van de rivier. Bij aankomst werden we tot onze grote hilariteit afgeroepen als ‘team Dockey Maria’. De volgende drie dagen gingen we vier keer de rivier op, en maakten we een nachtwandeling en een dagtocht door de jungle. We zagen makaken, langoeren, neusapen, krokodillen, varanen, slangen, en verschillende soorten vogels waaronder de kleurrijke ‘rhinoceros hornbill’, of neushoornvogel. Spijtig genoeg geen wilde orang utans of olifanten. Deze waren een paar dagen voor onze komst nochtans wel gespot… We leerden ook leuke mensen kennen waaronder Hendrik uit Zweden en Hannah uit Engeland.

Borneo Sunrises en Mount Kinabalu

Na de riviertocht op de derde dag, vertrokken we nog voor de middag terug naar Kota Kinabalu, waar we onze intrek namen in een iets beter hotel om nog eens bij te slapen. De volgende dag werden we eindelijk nog eens wat later wakker. Dat deed deugd na een aantal ochtenden voor dag en dauw opstaan. In de namiddag gingen we naar het Wetlands Centre, een mangrove en toevluchtsoord voor vogels net buiten de stad. Niet bijzonder spectaculair, maar wel rustgevend. ’s Avonds verkeken we ons op een aantal ‘Borneo Sunrises’, waardoor we maar moeizaam de weg naar bed vonden.

Ondanks de matige vorm stonden we op een deftig uur op om de boot te nemen naar Manukan, een eilandje net voor de kust van Kota Kinabalu. Hier gaven we vooral onze kater de kans om uit te rusten.

De dag erna was het weer tijd voor actie. We namen de bus naar het Kinabalu National Park, zo’n twee uurtjes buiten de stad. We maakten kennis met Alex uit Lyon en zochten samen met hem een betaalbare plaats om te slapen in de buurt van het park. Na heel wat gezwoeg vonden we een schitterende en goedkope ‘lodge’ op een prachtige locatie. Het uitzicht maakte de zware tocht met onze rugzakken op de steile hellingen helemaal de moeite waard. Nadat we ons geïnstalleerd hadden, trokken we er met vier op uit voor een stevige wandeling in het park, voortdurend in de schaduw van de Gunung Kinabalu, met zijn 4095 meter de op één na hoogste berg van Zuidoost-Azië. Omwille van financiële redenen lieten we een beklimming van de berg zelf aan ons voorbij gaan, maar na een wandeling van zo’n vijftien kilometer op een bijzonder zwaar parcours voelden we ons ook al behoorlijk afgepeigerd. Na het avondeten gingen we dan ook vroeg slapen.

De volgende ochtend gingen we nog naar hot springs en een ‘canopy walkway’, een wandeling tussen de boomtoppen, een heel eind verderop in het park. Allebei leuk, maar niet echt memorabel. In de late namiddag keerden we voor de laatste keer terug naar Kota Kinabalu.

Uitbollen in KK

Op onze laatste volledige dag samen gingen we nogmaals naar Manukan, zeker voor Sofie de laatste kans om nog wat tropische zon mee te pakken. Na een dagje relaxen op het strand gingen we een laatste keer samen eten.

Vandaag, 28 april, vliegt Sofie terug naar België. We hebben ondertussen afscheid genomen en zijn dus terug met twee. Ook wij verlaten morgen Borneo, ondanks de verregaande ontbossing een heel mooie en speciale bestemming die we niet snel zullen vergeten. De tijd staat echter niet stil, en dus moeten we weer verder. We hebben daarom ook onze verdere planning eens onder de loep genomen, en hebben een aantal knopen doorgehakt. Om niet helemaal berooid terug thuis te komen en nog een graantje mee te kunnen pikken van de Belgische zomer, zullen we waarschijnlijk al eind juli terugvliegen. Hierdoor zal onze reis dus iets korter worden, en moeten we bepaalde keuzes maken. De meest drastische is dat we China zullen overslaan. Met zijn dure visum en gigantische afmetingen, lijkt dit niet de ideale bestemming voor twee weken. Na een paar dagen Hong Kong zullen we op vier mei dus meteen doorvliegen naar Yangon, Myanmar. Daarna staan Cambodja, Laos, Vietnam, en ten slotte Thailand op het programma.

In ieder geval, eerstvolgende halte: Hong Kong. Tot binnenkort!

Groetjes,

Lars en Griet

Foto’s

2 Reacties

  1. Annick Luyten:
    29 april 2015
    geweldig verhaal
  2. Pa:
    3 mei 2015
    Hallo team Dockey,
    hier pa Dockey! Wat een amusant verhaal. Goed mee gelachen. Gisteren was er nog een reportage op TV over de zwaveldragers van Indonesië. Wat een last van 80 kilo te moeten sjouwen van de bodem naar de top van de vulkaan. Ik moest onmiddellijk aan jullie denken, die het in levende lijve heeft gezien. Triestig hé.
    De foto's zijn prachtig. Jullie zullen nu in Hong Kong zijn. Ook wel een belevenis lijkt me, maar in schril kontrast met de natuurpracht van Borneo. Hier is het weer wat minder nu, maar echt regenen doet het ook niet. Droog, bewolkt weer.
    Deze namiddag gaan we naar de voorlaatste film van het wereldfestival Moove. " The dark horse". Wat moet je anders doen op zo'n bewolkte dag?
    Allez, zoetekes, hoe jullie goed, nog veel plezier in Hong Kong en voor morgen een goede vlucht gewenst.
    Dikke knuffels en zoen xxxxxxxxxxxx pa en hilde
    H